3. De uitvoering van bigbandmuziek

Iwata:

Ik hoorde dat het jullie bij de ontwikkeling van het vorige spel veel moeite heeft gekost om toestemming voor de orkestopnames te krijgen van Miyamoto. Hoe ging dat dit keer?

Yokota:

We waren ook nu weer bang om hem hierover te benaderen. Omdat we het bij het vorige spel ook al hadden gedaan, zou je denken dat hij ons meteen goedkeuring zou geven. Maar aan de andere kant, omdat het een vervolg was, waren we bang dat hij zou zeggen, “Waarom gebruik je niet gewoon de muziek die we al voor de voorganger hadden gemaakt?” Dus maakten we eerst een presentatie voor hem, om te laten zien hoe goed de muziek voor het vorige spel was ontvangen.

Iwata:

Je verzamelde materiaal om te laten zien hoezeer de orkestopnames werden gewaardeerd?

Yokota:

Precies. Het kostte ons twee dagen om het materiaal te verzamelen. Toen gaven we het aan Miyamoto, en vroegen we of hij het eens wilde doornemen. Vervolgens zeiden we, heel schuchter, “we willen dit keer ook graag weer orkestopnames maken”, waarop hij zonder aarzelen reageerde met “Tuurlijk, waarom niet?” Zo snel ging het. Dus hij zei, “Waarom niet?”, en wij zeiden, “Geweldig. Dan nemen we deze materialen maar weer mee.” En zo gingen we terug naar onze werkplekken!

Iwata:

Aha (lacht). Ik denk dat het concept voor dit spel is gebouwd op de goede, solide fundering die was gelegd in het eerste spel, vanuit de gedachte dat die fundering nog niet optimaal was benut. Door iets nieuws bovenop die fundering te bouwen, konden jullie iets maken wat zelfs nog aantrekkelijker was. Miyamoto dacht vast dat, aangezien de orkestmuziek een goed idee was gebleken voor het vorige spel, jullie dit keer natuurlijk dezelfde aanpak zouden kiezen.

Yokota:

Ja, dat denk ik ook. Hij dacht vast, “Waarom gebruiken we de onderdelen die goed werkten niet nogmaals om ze nog beter te maken?” Vervolgens hebben we zelfs nog meer orkestmuziek dan in de voorganger gebruikt. Daarnaast hebben we ook wat bigband-achtige muziek6 toegevoegd. Hier, luister dit eens.

Video: Luister naar Yoshi Star Galaxy

Ik hoorde dat het jullie bij de ontwikkeling van het vorige spel veel moeite heeft gekost om toestemming voor de orkestopnames te krijgen van Miyamoto. Hoe ging dat dit keer?
Luister naar Yoshi Star Galaxy 6 Bigband: Een soort jazzmuziek die wordt uitgevoerd door een grote groep muzikanten met instrumenten als trompetten, trombones, saxofoons en drums.

Yokota:

Wat vind je ervan?

Iwata:

Het is duidelijk anders dan de orkestmuziek. Ik vind dit stuk zelfs wat nostalgische trekjes hebben, alsof je de geschiedenis van eerdere Mario-spellen erdoorheen kunt horen.

Yokota:

Dat is het precies. Dus, Kondo, vertel jij hier eens wat meer over.

Kondo:

Nou, eh... Het klopt dat ik dit nummer heb geschreven, maar… waarom ik?

Iwata Asks
Yokota:

Om het gesprek interessant te houden (lacht).

Allen:

(lachen)

Kondo:

Nou, tijdens de vorige "Iwata vraagt", zei ik zoiets als "Ik had echt meer muziekstukken willen schrijven, maar kreeg er maar een paar toegewezen".

Iwata:

Ja, dat weet ik nog.

Kondo:

Dus kreeg ik dit keer de leiding over vijf nummers. Drie daarvan hadden lastige onderwerpen, de Yoshi-muziek die we net speelden (Yoshi Star Galaxy) en het nummer dat je hoort op Starship Mario, plus het stuk voor Bowser Jr.'s Fortress. Volgens mij was dat Yokota’s subtiele manier om mij voor die eerdere uitspraak terug te pakken.

Yokota:

(lacht)

Iwata:

En wat was je werkelijke intentie, Yokota?

Yokota:

Aangezien Yoshi helemaal nieuw is in dit spel, wilde ik zijn nummer liever niet zelf schrijven. Ik was bang dat het dan, gewoon, een verlengstuk van de Super Mario Galaxy-muziek zou worden.

Iwata:

Dus je dacht dat, door iemand anders als jezelf op de klus te zetten, iemand met een andere smaak, Yoshi beter naar voren zou komen.

Yokota:

Dat klopt. Bovendien is Kondo bijzonder goed met Yoshi-muziek. Ik waagde het zelfs hem te vragen het niet door het orkest te laten inspelen.

Kondo:

In het begin zei de spelregisseur dat hij een muziekstuk wilde dat aan primitieve tijden deed denken. Het spel vindt plaats in de ruimte, tussen de sterren, maar toch moest ik een sfeer van “primitieve tijden” neerzetten. Ik vond het echt moeilijk om te bedenken wat voor soort nummer dat moest worden.

Iwata:

En hoe kwam je tot het uiteindelijke arrangement, na al die zorgen?

Iwata Asks
Kondo:

Omdat we uiteindelijk een blauwe hemel in de achtergrond hebben, hoefde ik me niet zo druk te maken over de “kosmische” sfeer. Om de “primitieve” sfeer neer te zetten, besloot ik drums te gebruiken.

Iwata:

Er zat al wat getrommel in het spel, toch?

Kondo:

Ja. In vorige delen werd de percussie altijd aan de muziek toegevoegd als Mario op Yoshi reedt, dus dacht ik dat dergelijke Afrikaanse drumritmes wel goed zouden werken. Ik kwam eerst met het ritme. Toen ik vervolgens de melodie bedacht, kwam ik tot dit deuntje, dat diep van binnen kwam opborrelen…

Iwata:

De melodie van de saxofoon?

Kondo:

Precies. Ik liet het inspelen door een baritonsaxofoon, en zo kwam het nummer tot stand.

Iwata:

Dus dit nummer was niet door het orkest ingespeeld, maar tijdens een andere sessie?

Yokota:

Het was op dezelfde dag, maar we gebruikten bigband-achtige houtblazers en koperblazers. Het moest een prettig, swingend stuk worden.

Iwata:

Was het jouw idee om voor een bigband-geluid te gaan, Yokoto?

Yokota:

Nou, toen we de kwestie bespraken in het kantoor van de musici, hoorde ik dat er een veelgevraagde saxofoonspeler aanwezig was.

Kondo:

Het was altijd al onze bedoeling geweest het niet door het orkest te laten inspelen, en het leek me prima om geen echte instrumenten te gebruiken. Maar uiteindelijk gebruikten we dus wel een echte saxofoon, en daar ben ik erg blij om.

Iwata:

Het "live"-geluid dat je krijgt met echte instrumenten geeft de muziek een heel ander gevoel.

Kondo:

Inderdaad.

Yokota:

Ik denk dat bij echte instrumenten een emotionele impressie wordt overgebracht op de spelers, waardoor het spel nog vermakelijker wordt.

Kondo:

Toen ik dit nummer had voltooid, maakte ik me trouwens wel wat zorgen. Ik wist niet zeker of het goed genoeg was. Maar niemand maakte er bezwaar tegen.

Yokota:

Nee, integendeel, ik vind het juist zeer goed geworden. Het spel begint met grootse, epische muziek, maar niet lang daarna krijg je dit nummer te horen. Volgens mij geeft dat veel spelers zo’n gevoel van, “O, dit is anders dan het vorige spel”. Alleen, als we zeggen dat we ook dit soort nummers hebben gedaan, lijkt het misschien alsof we wilden bezuinigen op het orkest…

Iwata:

Maar daar was geen sprake van.

Yokota:

Nee. Het orkest bestond uit ongeveer zestig muzikanten, maar we hadden ook tien bigband-muzikanten die deelnamen aan de opnamesessies. Dus hadden we in totaal zo’n zeventig muzikanten.

Iwata:

Twintig meer dan bij het vorige spel. Met andere woorden, de muziek voor dit spel heeft een voller orkestgeluid dan het vorige spel, en daarbovenop ook nog eens veel nieuwe bigband-accenten.

Yokota:

Exact! Dat is precies wat ik wilde zeggen!

Iwata Asks
Allen:

(lachen)